Gemeentelijke overheden

Elk zichzelf respecterend gemeentebestuur stippelt een degelijk jeugdinfrastructuurbeleid uit en maakt daarvoor de nodige middelen vrij. Kijk in het meerjarenplan van jouw gemeente om te zien op welke ondersteuning voor bouwen, verbouwen, verfraaien en herstellen van jeugdlokalen je kunt rekenen. Je kunt dat gemeentelijk meerjarenplan vinden bij de gemeentelijke jeugddienst of op de website van de gemeente.

Financiële ondersteuning door de gemeente

Er zijn heel wat verschillende types van ondersteuning. Elke gemeente kan – uiteraard in samenspraak met het jeugdwerk waarvoor het bedoeld is – zelf een goede mix maken van diverse soorten subsidies en andere vormen van ondersteuning. Het is aangewezen om hiervoor geschikte reglementen uit te werken. Wij geven hier een aantal mogelijkheden. Uiteraard informeer je bij je eigen gemeente om te weten te komen van welke subsidies en ondersteuningsmiddelen jullie precies gebruik kunnen maken. De mogelijkheden die je hieronder vindt, kunnen een goed uitgangspunt vormen voor overleg of een discussie binnen de gemeentelijke jeugdraad.

Subsidies voor grote investeringen

Binnen de perken van de goedgekeurde kredieten op de investeringen kan een gemeente de kosten subsidiëren voor de aankoop van gronden, voor de uitvoering van grote bouwwerken, duurzame onderhouds- en verbeteringswerken of de aanleg van speelterreinen. Soms worden de materiaalkosten vergoed, maar meestal wordt een bepaald percentage van de kosten betaald, mits je betalingsbewijzen voorlegt en tot een vooraf bepaald plafond. Als de globale subsidiekosten te hoog oplopen, is het soms beter te kiezen voor een jaarlijkse beurtrol. Gezien de grootte van de gemeente en de omvang van het aanwezige jeugdwerk zullen ze dan jaarlijks maar een of meerdere groepen kunnen ondersteunen. Het bedrag zal dan werkelijk de moeite lonen en tegemoet komen aan de gemaakte kosten.

Subsidies voor herstellingen of verfraaiing

Bescheiden ingrepen aan de lokalen kunnen opgenomen worden in de gewone begroting, via een apart subsidiereglement. Hierbij is het belangrijk dat de aanvraagprocedure eenvoudig en begrijpelijk gehouden wordt. Het moet duidelijk zijn wat in aanmerking komt voor subsidiëring en wie op welke termijn beslist over de toekenning van de middelen. Voor brandveiligheid, toegankelijkheid en inbraakpreventie worden er soms specifieke subsidies voorzien.

Financiële bijdrage in de huurkosten

Sommige jeugdverenigingen huren een infrastructuur. De gemeente kan forfaitair of procentueel bijdragen in de huurkosten. Dat kan via een apart reglement of door een ‘huurcriterium’ op te nemen in de berekening van de werkingssubsidie. Meer informatie over huurkosten vind je hier.

Rentearme of renteloze leningen

De gemeente kan ook een financiële bijdrage leveren door de groep of werking geld te lenen. Via een overeenkomst wordt dan afgesproken dat de groep binnen x jaar de lening terugbetaalt. Boven op de terugbetaling van het geleende (kapitaalaflossingen) moet de groep ofwel maar een deel van de of zelfs helemaal geen intrestlasten betalen.

Reservefonds voor infrastructuur

Een reservefonds is een buitenbeentje in deze opsomming. Het is immers geen welbepaald jaarlijks begrotingskrediet dat via een subsidiereglement verdeeld wordt over het jeugdwerk. Met het instellen van een dergelijk fonds kan de gemeente een specifieke spaarpot aanleggen. Het geld dat erin terechtkomt, moet dus niet in één jaar opgebruikt worden, maar kan gespaard worden over verschillende jaren. Er moet wel duidelijk omschreven worden waarvoor de middelen gebruikt zullen worden en over welke termijn het fonds loopt. Een reservefonds kan in een infrastructuurbeleid gebruikt worden als uit de behoeften blijkt dat er in de toekomst nogal wat investeringen nodig zijn. Zo kan de gemeente al een voldoende grote pot opbouwen voor die toekomstige uitgaven. Zo vermijd je dat onverwachte begrotingsperikelen roet in het eten gooien op het moment dat de uitgaven moeten gebeuren.

Groepsaankoop of -keuring

De gemeente kan jeugdverenigingen onrechtstreeks subsidiëren door de organisatie van een keuring op zich te nemen, of door in te staan voor de gezamenlijke aankoop van bijvoorbeeld brandblussers. Bij een keuring kan de gemeente een contract afsluiten met een keuringsfirma, die dan in alle jeugdlokalen de elektriciteits- en gasinstallatie kan gaan keuren. Als de gemeente ook de kosten op zich neemt, betekent dit een aanzienlijke besparing voor het jeugdwerk, en hebben de verenigingen toch een veilig lokaal. Voor een gezamenlijke aankoop, bijvoorbeeld van brandblussers, geldt hetzelfde. Doordat eenzelfde firma alle brandblussers kan leveren, wordt de aankoopprijs sterk gedrukt.

De gemeente stelt infrastructuur ter beschikking

De gemeente (ver)bouwt, koopt of huurt

Kosteloos of aan sterk verminderde tarieven infrastructuur ter beschikking stellen aan jeugdorganisaties is het meest duidelijke voorbeeld van dienstverlening. Soms stelt de gemeente alleen de bouwgrond ter beschikking. Ze kan echter ook een nieuwbouw realiseren, een pand aankopen en renoveren, of een gebouw huren voor het jeugdwerk.

Overeenkomsten

Gebruikmaken van een lokaal in eigendom van de gemeente of van de parochie is gekoppeld aan een aantal afspraken tussen de eigenaar (of tussen de mede-eigenaars) en de gebruiker. Die afspraken giet je best in een overeenkomst Afhankelijk van de duur en het onderwerp van de overeenkomst krijg je andere mogelijkheden. Elke mogelijkheid heeft voor- en nadelen, die je goed op een rijtje moet zetten. De belangrijkste boodschap is: zorg voor een goede schriftelijke overeenkomst die je voor (middel)lange termijn zekerheid biedt. Meer info over goede overeenkomsten vind je hier.

Vlaamse Gemeenschapscommissie Brussel

Jeugdverenigingen die gelegen zijn in het Brussels Hoofdstedelijke Gewest kunnen rekenen op een specifieke subsidie. Als ze erkend zijn door de Vlaamse Gemeenschapscommissie Brussel (VGC) kunnen ze een beroep doen op infrastructuursubsidies.
Met het reglement voor de ondersteuning van jeugdinfrastructuur willen ze elk jeugdinitiatief de kans geven om voor zichzelf een aangename en aangepaste, veilige en duurzame omgeving te creëren. Dit komt een kwalitatieve werking ten goede.
Er zijn twee vormen van ondersteuning mogelijk: de ‘kleine werken’ en de investeringssubsidie.

Kleine werken

De ondersteuning voor ‘kleine werken’ kan bestaan uit:

  • de aankoop van materiaal door de VGC of de huur van hulpmiddelen voor werken die je zelf uitvoert
  • de betaling van de factuur door de VGC voor werken die gebeuren door een aannemer

Deze vorm van ondersteuning kan enkel voor werken tot maximaal 5.500 euro (excl. btw).

Hoe werkt het?
  • Je maakt een plan op van wat je precies gaat doen en je houdt hierbij rekening met duurzaamheid, veiligheid en toegankelijkheid.
  • Je raamt hoeveel de werken zullen kosten.
  • Je moet je houden aan de wet op de overheidsopdrachten. Dat betekent:
    • Je vraagt minstens 3 offertes bij aannemers volgens het standaardformulier dat je vindt in het aanvraagformulier of
    • Je zoekt prijzen op bij verschillende firma’s van hoeveel het materiaal je zal kosten.
  • Je stuurt alles door naar de jeugddienst
    • Je plan
    • Je raming
    • Je offertes
    • Én een bewijs dat je langdurig gebruik mag maken van je infrastructuur

Download het aanvraagformulier ‘tussenkomst kleine werken’ op de site van de VGC.

Investeringssubsidies

Ben je zeker dat je werken meer dan 5.500 euro (excl. btw) zullen kosten? Dan kun je een beroep doen op een investeringssubsidie. Bij deze procedure gaat het meestal om meer ingrijpende werken en is een architect vaak vereist. Daarom raden we je aan om eventueel via je stadsondersteuner of een andere beroepskracht de jeugddienst te contacteren.